1.
Wat is de Lymeziekte?
|
De Lymeziekte
of Lyme-borreliose is een infectieuze aandoening die je kan ontwikkelen
als je door een besmette teek bent gebeten. Gelukkig zijn niet alle teken
besmet ! Slechts 10% van alle teken bevat een ziekteverwekkende kiem (Borrelia).
Je kan worden gebeten tijdens het wandelen of spelen in bossen met een dichte
onderbegroeiing, weiden en stadsparken. De teek houdt van warme en vochtige
plaatsen.
Het jaarlijkse aantal gediagnosticeerde en bevestigde gevallen door de referentielaboratoria
(UZ-Leuven, UCL en Ottignies) neemt voortdurend toe.
|
2.
Hoe komt de Lymeziekte tot uiting?
|
Er kunnen
drie stadia worden onderscheiden maar het is mogelijk dat ze niet alle drie
worden doorlopen :
- 3 dagen tot
3 maanden na de beet :
- op de plaats
van de beet een rode, ringvormige vlek die geleidelijk groter wordt,
- griepsymptomen
zoals hoofdpijn, spierpijn, vermoeidheid, matige koorts, ...;
- enkele weken
of maanden na de beet :
- pijn in armen
of benen,
- een scheefstaand
gezicht door een spierverlamming,
- dubbel zien,
- hartritmestoornissen;
- maanden en
soms zelfs jaren na de beet :
- pijn en zwelling
in één (dikwijls de knie) of meerdere gewrichten,
- chronische
neurologische stoornissen (zelden),
- laattijdige
huidletsels op armen en/of benen.
|
3.
Hoe kan men de Lymeziekte oplopen?
|
Je
kan worden besmet door :
- een tekenbeet
(niet pijnlijk, blijft vaak onopgemerkt),
- een teek die is
besmet door een ziekteverwekkende bacterie en
- een teek die langer
dan 12 uur op de huid blijft zitten.
|
|
|
|
Niet alle besmette
personen zullen de ziekte ontwikkelen. In West-Europa wordt het risico dat
iemand de ziekte doormaakt na een tekenbeet op minder dan 1% geschat.
|
|
|
|
Een teek is een klein,
bruinzwart spinachtig diertje dat de grootte van een speldenkop heeft. Het
gaat op de toppen van onderbegroeiing op de loer staan tot het zich op een
warmbloedige voorbijganger, mens of muis, ree, paard, hond,
kan werpen.
Door contact met de gastheer, komt de teek op de huid terecht, zet zij er
zich vast met behulp van haar hypostoom, een tunnel waardoor zij bloed opzuigt
en speeksel oprispt. Dit speeksel kan de bacteriën bevatten die verantwoordelijk
zijn voor de ziekte van Lyme.
Hoe langer de teek blijft zitten, hoe groter het risico op besmetting door
de ziekteverwekkende bacterie.
|
|
Teken komen voor in
bossen, lage begroeiing (hoog gras, varens, struiken), weiden en groene
stadsruimten.
Op basis van de gevallen die de referentielaboratoria (UZ-Leuven + UCL +
Ottignies) in 2005 hebben gediagnosticeerd, stellen we vast dat zij in bijna
elk arrondissement van het land voorkomen maar vooral in Leuven, Nivelles,
Namur en Dinant |
|
|
6.
Wie kan de Lymeziekte oplopen?
|
Iedereen
die door een teek is gebeten, kan de Lyme-ziekte oplopen. Je kan ook verschillende
keren besmet geraken. De Lymeziekte wordt niet overgedragen van persoon
tot persoon. Onderzoek je huisdier na een wandeling in het bos : de vacht
is de voorkeursplaats van teken; borstel de vacht met bedekte armen en benen.
|
7.
Wanneer kan je de Lymeziekte oplopen?
|
De Lymeziekte treedt
vooral op tussen juni en oktober, soms tussen april en november, afhankelijk
van de weersomstandigheden.
Bij goed weer kleedt iedereen zich licht, wat het risico op een tekenbeet
verhoogt.
|
8.
Hoe voorkom je de Lymeziekte?
|
- Als je in het
bos speelt, zeker in een bos met lage begroeiing, moet je ervoor zorgen
dat je huid beschermd is dankzij lange mouwen, lange broekspijpen en
gesloten schoeisel;
- in wouden blijf
je, ook uit respect voor de natuur, op de paden en strijk je niet over
struiken en planten omdat er misschien wel teken op zitten die wachten
op een gastheer;
- je kan een insectenwerend
product (bij voorkeur met DEET) gebruiken maar dergelijke producten
beschermen slechts tijdelijk;
- ga na het wandelen
en spelen na of er geen teken op je huid zitten.
Er bestaat nog geen
preventieve behandeling voor de Lymeziekte.
|
9.
Wat moet je doen in geval van een tekenbeet?
|
- lokaliseer de
plaats van de beet : opgelet voor gevoe-lige zones, zoals oogleden,
oren en schedel;
- alle teken
zo vlug mogelijk verwijderen (hoe langer de teek op de huid zit,
hoe groter het risico op besmetting met de ziekteverwekkende bacterie)
en de volgende stappen zo goed mogelijk volgen :
- de kop van
de teek vastnemen met een pincet die je bij de apotheek kan kopen,
- de teek in
één ruk van de huid trekken, niet eerst zachtjes draaien
(de kop van de teek niet onder de huid laten zitten),
- de wonde en
de pincet goed ontsmetten met alcohol en je handen wassen,
- als je de teek
er niet helemaal uit kan halen, raad-pleeg je een arts om het in de
huid achtergebleven deel te laten verwijderen,
|
|
|
|
- noteer in een
agenda de datum van de beet en de vermoedelijke plaats van besmetting,
- let op de klinische
tekens vermeld onder punt 2;
- zodra er rode
vlekken en/of hoofdpijn en/of pijn in de armen of benen optreden, raadpleeg
je zo snel mogelijk een arts om de diagnose te stellen en eventueel
een behandeling te laten voorschrijven;
- in geval van hoge
koorts en een griepsyndroom, is het niet uitgesloten dat het gaat om
een andere ziekte die door teken wordt overgedragen, zoals anaplasmose
(voorheen ehrlichiose genoemd); misschien gaat het zelfs om een ziekte
die helemaal geen verband houdt met de tekenbeet. In elk geval dien
je je huisarts te raadplegen.
|
10.
Moeten we ons zorgen maken?
|
Nee want,
- niet elke beet
is besmettelijk,
- een infectie veroorzaakt
niet noodzakelijk de ziekte,
- de ziekte kan
op een efficiënte manier met antibiotica worden behandeld.
|
|