Rugherniaoperatie

Terug naar de homepage
Terug naar het info overzicht

Wat is het?

Hoe werkt het?
Voor welke problemen wordt het gebruikt?
Door wie wordt het toegepast?
Bijwerkingen en risico's
Wat is het?
Een herniaoperatie, ook wel discectomie of laminectomie genoemd, is een operatie waarbij een tussenwervelschijf geheel of gedeeltelijk verwijderd wordt om druk op zenuwwortels of op het ruggenmerg weg te nemen.
Top
Hoe werkt het?
Deze operatie vindt plaats onder algehele narcose. De chirurg zal eerst met een röntgenapparaat bepalen wat de juiste plaats is en maakt daarna een verticale snede van een paar centimeter midden op de rug. Om de wervelschijf te bereiken, legt de chirurg de spieren tijdelijk opzij. Het deel van de schijf dat op de zenuw of wervelkolom drukt, wordt vervolgens voorzichtig verwijderd. Soms wordt er een klein stukje vet van onder de huid gebruikt om de open ruimte op te vullen. Vervolgens wordt elke laag weer terug gelegd en de wond dichtgemaakt. In enkele gevallen wordt er plaatselijk nog een verdovingsmiddel ingespoten om pijn na de operatie zoveel mogelijk te voorkomen.
Top
Voor welke problemen wordt het gebruikt?
Mensen met zenuwpijn, of uitval van een zenuw (veroorzaakt door een uitpuilende tussenwervelschijf) kunnen in aanmerking komen voor een herniaoperatie als andere therapieën niet aanslaan.
Voor mensen met verlammingsverschijnselen in hun benen of problemen met de controle over hun blaas, is deze operatie meestal noodzakelijk.
Top
Door wie wordt het toegepast?
Een herniaoperatie wordt uitgevoerd door een orthopedisch chirurg of neurochirurg.
Top
Bijwerkingen en risico's
Zeldzame bijwerkingen die bij een herniaoperatie kunnen optreden zijn: wondinfecties, infecties in de wervelkolom en beschadiging van de zenuwwortel. Infecties zijn goed te bestrijden met antibiotica. Een beschadiging van de zenuwwortel kan gepaard gaan met verminderde spierkracht, incontinentie en ongevoeligheid in de benen; deze klachten zijn vrijwel nooit blijvend.
Tijdens of na de operatie kan een enkele keer een bloedtransfusie nodig zijn en is er een klein risico op het ontstaan van een trombose. Een relatief onschuldige bijwerking is het lekken van hersenvloeistof uit het wervelkanaal waardoor hoofdpijn optreedt. Na enkele dagen plat liggen is dat meestal over.
Mensen die geen algehele narcose kunnen verdragen, bijvoorbeeld door ernstige hart- of longziektes, kunnen deze operatie niet ondergaan. Mensen die last hebben van een wervelinfectie, mogen deze operatie ook niet ondergaan.
De eerste drie uur na de operatie ligt men op de rug en de rest van de dag mag men nog niet rechtop zitten. Sommige mensen hebben na de operatie last van misselijkheid door de narcose of een droge mond en zere keel door de beademing.
Na de operatie kan men enkele dagen pijn hebben, vooral onder in de rug. Soms treedt er gevoelsvermindering of een doof gevoel in één of beide benen op. Ook stijfheid in de rug of benen komt vaak voor. De pijn en stijfheid kunnen enkele dagen aanhouden. Pijnstillende middelen kunnen hiertegen helpen. Meestal blijven mensen die aan een hernia geopereerd zijn enkele dagen in het ziekenhuis.
Na de operatie wordt de behandeling, die kan bestaan uit oefenen, in principe door een fysiotherapeut gedaan.
Wie net geopereerd is, mag lichte voorwerpen van één tot twee kilo tillen en iets van de grond oprapen. Doe dit door te hurken met een rechte rug en hou het voorwerp zo dicht mogelijk bij het lichaam. De arts en/of verpleegkundigen kunnen nog meer adviezen geven over belasten en ontlasten van de rug.
Belasting van de rug moet langzaam opgevoerd worden door middel van ontspannen en soepel bewegen. Het is belangrijk dat men leert voelen wat de rug aankan, of dat nu wandelen, fietsen, strijken, tuinieren, tillen, of werken is. De eerste weken is een bed of goede bank in de huiskamer aan te raden zodat men regelmatig kan gaan liggen.
Lange autoritten moeten de eerste weken niet gemaakt worden of elk half uur onderbroken worden door even te lopen.
Fietsen kan voorzichtig worden uitgebreid, niet teveel gedurende de eerste drie weken na ontslag uit het ziekenhuis en niet met harde tegenwind, een berg op of over hobbelige wegen. Het is daarbij belangrijk rechtop te zitten en op het stuur te leunen.
De eerste zes weken na de operatie is het verstandig op een rechte, niet te lage stoel te zitten. Hoogte en zitdiepte van de stoel moeten passen bij de beenlengte.
In overleg met de behandelend arts, huisarts of fysiotherapeut kunnen sport en andere activiteiten hervat worden. Ten aanzien van seksuele activiteiten zijn er geen beperkingen.
In overleg met de chirurg, de bedrijfsarts en de werkgever kan men na de operatie bepalen wanneer de werkzaamheden geheel of gedeeltelijk hervat kunnen worden.
Top
Bron: Werkend Lichaam 02/2007