Voorste kruisband reconstructie
Uw orthopedisch chirurg heeft geadviseerd
om de voorste kruisband van uw knie te vervangen en daarmee de stabiliteit van
de knie te verbeteren. In deze folder vindt u informatie over de functie van
de voorste kruisband en de mogelijk- heden van behandeling bij beschadiging
ervan. U krijgt informatie over de voorbereiding op de operatie, de operatie
zelf en de nabehandeling
1. Inleiding
Het kniegewricht betaat uit twee botdelen, het scheenbeen
en het dijbeen. (Zie voor de bouw van de knie hier boven).De uiteinden daarvan
zijn bedekt met een laagje kraakbeen, zodat de knie soepel beweegt. Deze kraakbeenlaag
is elastisch en kan schokken en stoten opvangen. Aan de binnen- en de buitenkant
van de knie zit een meniscus. De voorste kruisband ligt midden in het kniegewricht
en voorkomt dat het onderbeen tijdens lopen en draaibewegingen naar voren schiet.
De band kan scheuren bij sporten of een ongeluk. Dit wordt vaak ervaren als
een knap, waarbij men door de knie kan gaan. De diagnose wordt gesteld door
de aard van de klachten, het lichamelijk onderzoek, röntgenfoto's en eventueel
een kijkoperatie van de knie. De klachten van een gescheurde kruisband - door
de knie zakken of een instabiel gevoel - worden meestal behandeld met fysiotherapie.
Wanneer dit onvoldoende resultaat heeft, kan de arts voorstellen een nieuwe
kruisband te plaatsen. Een voorste kruisbandreconstructie kan ook plaatsvinden
in combinatie met een meniscushechting. Dit gebeurt als de eigen voorste kruisband
niet meer goed werkt. Om de meniscus goed te laten genezen en om nieuwe meniscusscheuren
te voorkomen wordt dan een nieuwe kruisband geplaatst.
Het ondergaan van een voorste kruisbandreconstructie is geen kleinigheid. Het
is een operatie die zeker in de eerste maand veel van u zal vragen in de zin
van fysiotherapie en het lopen met krukken. Voor een goed resultaat is het nauwkeurig
volgen van het revalidatieprogramma belangrijk. Goede samenwerking tussen patiënt,
orthopedisch chirurg en fysiotherapie is hiervoor noodzakelijk.
2. Voordelen van de operatie
Na de operatie en de revalidatie zal de knie steviger
aanvoelen en is het doorzakken met draaibewegingen bij circa negentig procent
van de patinten geheel verdwenen. De nieuwe kruisband is echter altijd zwakker
dan de oorspronkelijke. Een nieuw letsel is dus wel degelijk mogelijk en u moet
zelf uiteindelijk beslissen of u het risico van een nieuwe beschadiging neemt.
De kans op een nieuw letsel is over het algemeen groter bij contactsporten zoals
voetbal en hockey.
3. Welke verdoving wordt toegepast?
De operatie vindt plaats onder algehele narcose of plaatselijke
verdoving. Plaatselijke verdoving kan worden gecombineerd met een slaapmiddel,
waardoor u weinig of niets van de operatie merkt. Bij de opname kunt u uw keuze
met de anesthesist bespreken.
4. De operatie
Voor het vervangen van de voorste kruisband wordt het
middelste deel van de knieschijfpees (met een stukje bot aan beide zijden) gebruikt,
of een deel van de hamstringpezen aan de binnenkant van de knie. De ingreep
in het gewricht wordt gecontroleerd met een kijk-operatie. De nieuwe kruisband
wordt op de oorspronkelijke plaats van de voorste kruisband vastgezet. De operatie
(foto) duurt gemiddeld
twee tot drie uur. Na de operatie is er een litteken aan de voorzijde van de
knie.
5. Nabehandeling
De eerste dagen na de operatie wordt met behulp van fysio-therapie
geprobeerd de knie weer tot ongeveer negentig graden te buigen en voldoende
te kunnen strekken. Tegen pijn en zwelling kunnen medicijnen worden gegeven,
maar een kruisband-operatie is over het algemeen niet erg pijnlijk. Als de buiging,
de pijn en de zwelling onder controle zijn leert u lopen met twee krukken. Daarna
kunt u het ziekenhuis verlaten. De opnameduur variëert van vijf tot tien
dagen.
De eerste weken staan in het teken van pijn- en zwellingvermindering. De fysiotherapeut
zal u hiervoor behandelen. Het is de bedoeling dat u na vier weken weer kunt
lopen zonder krukken en kunt fietsen en autorijden. Na de operatie duurt het
ongeveer zes weken voordat de pees vastgegroeid is in het bot. Daarnaast wordt
de getransplanteerde pees omgezet in levend peesweefsel wat uiteindelijk een
blijvende stevigheid geeft. Dit proces duurt ongeveer zes maanden. Een vast
revalidatieschema is nodig om te voorkomen dat de pees te vroeg wordt overbelast.
Bij licht lichamelijk werk kunt u waarschijnlijk na zes weken weer gaan werken.
Bij zwaarder werk kan dit tien tot twaalf weken duren.
Het duurt zes tot acht maanden voordat de kruisband weer volledig kan worden
belast en contactsporten weer verantwoord zijn. Deze beslissing zult u samen
met de orthopedisch chirurg en de fysiotherapeut nemen. Voor elke patiënt
is de situatie verschillend. Indien de knie goed reageert, niet gezwollen of
pijnlijk is, kan in het algemeen na acht weken worden gestart met hardlopen
op vlak terrein. Na twaalf weken kan de fysiotherapeut beginnen met stabiliserende
oefeningen zoals draaibewegingen.
6. Complicaties
Sommige patiënten hebben last van een doof gevoel naast het litteken. Dit
kan nog langere tijd opspelen. Daarnaast kan het litteken bij knielen gevoelig
zijn. Soms ontstaat tijdens de revalidatiefase pijn in de knieschijfpees door
relatieve overbelasting. Dit is met fysiotherapie en belastingsvermindering
over het algemeen goed te verhelpen. Af en toe wordt de knie stijf en kan niet
goed gebogen of gestrekt worden. Soms moet er met een kijkoperatie littekenweefsel
worden verwijderd. Een nieuwe kruisbandoperatie is een operatie waarbij ook
algemene complicaties kunnen ontstaan, zoals wondinfectie en trombose, maar
de ervaring leert dat de kans hierop erg klein is. In de volgende gevallen dient
u met de behandelend arts contact op te nemen:
Als de wond gaat lekken.
Als de hele knie dik of rood wordt en meer pijn gaat doen.