Het Cauda Equina Syndroom, al van gehoord?

 

Wat is het?

Het cauda equina syndroom is een zeer zeldzame aandoening waarbij de paardenstaartachtige zenuwbundel onder in de rug (cauda equina = paardenstaart) beklemd raakt. Verschijnselen van een cauda equina syndroom zijn pijn laag in de rug, uitstralende pijn in de benen en zwakte of verlamming van één of beide benen. Ook kunnen uitvalverschijnselen optreden zoals ongewild urine- en ontlastingverlies. De huid rond de anus, tussen en op de billen en aan de binnen en achterkant van de bovenbenen kan ongevoelig worden. Artsen spreken dan over het 'rijbroekgebied'. Bij het optreden van deze verschijnselen is het belangrijk om snel medische hulp te zoeken.

Waardoor kan het komen?

Het cauda equina syndroom kan ontstaan als de onderste zenuwwortels afgekneld worden. De zenuwen van de cauda zijn kwetsbaarder dan de gewone zenuwen zoals die in armen en benen. Als de cauda samengedrukt wordt, zullen de zenuwen op de plaats van de beklemming beschadigen en zal de normale zenuwfunctie geheel of gedeeltelijk ophouden. De zenuwwortels kunnen afgekneld worden door een hernia maar ook door een ongeval dat gepaard ging met een breuk en/of verschuiving van een wervel. Ook kan een ontsteking met abces vorming of een gezwel of uitzaaiing van een tumor de oorzaak zijn van een cauda equina syndroom.

Hoe wordt het vastgesteld?

Een cauda equina syndroom wordt vastgesteld na lichamelijk onderzoek met een nauwkeurig neurologisch onderzoek. Op gewone röntgenfoto's is meestal niet voldoende te zien. Een röntgenfoto met contrastvloeistof of een myelografie geven meer informatie. Ook een CT-scan of MRI scan kunnen worden gemaakt om zekerheid over de diagnose te krijgen.

Wat kan helpen?

De beklemming van de zenuwbundel moet zo snel mogelijk worden opgeheven door middel van een operatie, vergelijkbaar met een herniaoperatie. Over het nut van een behandeling met bijnierschorshormoon (corticosteroïden, zie ook Medicijnen) is nog geen eenduidige mening (behalve bij letsel door een ongeval). Helaas is het moeilijk in te schatten in hoeverre de zenuwen zullen herstellen. Omdat zenuwweefsel kwetsbaar is, herstelt het niet altijd volledig zodat restklachten kunnen blijven bestaan. Na de operatie is de behandeling gericht op de klachten die er nog zijn. Zo volgt bij een verlamming een intensieve revalidatieperiode waarin met hulpmiddelen geleerd wordt om toch te kunnen lopen en functioneren.

Wie kan helpen?

Na de operatie door de neurochirurg om de zenuwbeklemming op te heffen, start de behandeling bij de revalidatiearts. Ook een fysiotherapeut en ergotherapeut zijn vaak bij de behandeling betrokken.