Het reumatisch proces in het schoudergewricht
breidt zich meestal uit met proliferatieve synoviumzwelling langs de peesschede
van de bicepspees en de subacromiale bursa. Pijnbestrijding in het glenohumerale
gewricht is belangrijker dan het bevorderen van de beweeglijkheid omdat de
schoudergordel in zijn geheel, met scapula, clavicula, sternoclaviculair gewricht
en acromioclaviculair gewricht, een mobiele structuur is die zelfs bij slechte
beweeglijkheid in het glenohumerale gewricht toch een zekere mobiliteit waarborgt
(via de mobiele scapula). (foto)
1. Debridering van het gewricht
Door het verwijderen van osteofyten, gewrichtsmuizen
en retractiel kapselweefsel, blijkt ineffectief te zijn.
2. Schouderartrodese
Is enkel nog aangewezen bij chronische
infectie en mislukte totale schouderprothese die niet kan gereviseerd worden.
3. Resectie-artroplastiek
Door het verwijderen van de proximale
humerus, het glenoïd of beide, wordt momenteel beschouwd als een laatste
redmiddel bij chronische infecties of gesurinfecteerde schouderprothese. Dit
is in combinatie met aangepaste antibiotica-toediening wel effectief en infectiebestrijdend.
Een schouderartrodese is toch te verkiezen, vermits deze artroplastiek relatief
invaliderend is. (foto)
4. Hemiartroplastiek met enkel vervanging
van de humeruskop
Is aangewezen bij pijn die niet onder
controle geraakt met de klassieke farmaca en te wijten is aan incongruentie
van de humeruskop, bv. avasculaire necrose, fracturen, recidiverende pijnlijke
subluxaties tengevolge van incongruentie van het humeruskop-oppervlak. De
cavitas glenoidalis moet echter in perfecte staat zijn. Zo niet verkiest men:
5. Totale schouderprothese
Deze techniek is uit het experimentele
stadium en de huidige vooruitgang en resultaten zijn veelbelovend. Een eerste
aanwijzing is pijn die onvoldoende reageert op medicamenten door zowel humerale
als glenoïde aantasting (bv. R.A.). In de tweede plaats is functionele
schouderbeperking een relatieve indicatie. Tot op heden zijn de resultaten
uitstekend. (foto)
6. Acromioclaviculair (AC)- en sternoclaviculair
(SC)-gewricht
Resectie van de distale clavicula voor
pijnlijke degeneratieve aantasting van het AC-gewricht geeft bij een juiste
indicatiestelling een goede pijnverlichting met minimale morbiditeit. Als
bij lokale infiltratie met xylocaïne de patiënt pijnvrij wordt,
is er een goede kans op een gelijkaardig resultaat bij heelkundig ingrijpen.